Nederland is een echt aardappel-land en eerlijk is eerlijk, wij houden ook wel van een agv-tje (Ik weet pas sinds kort dat dit dus aardappelen-groenten-vlees betekent! Shame on me! 😜). Maar hoewel de aardappel best veelzijdig is, blijft het hier thuis toch vaak bij krieltjes, puree of gewone geprakte aardappelen met jus. Dat moest anders! Ik maakte al eens een heerlijke ovenschotel met aardappelschijfjes en we aten ook wel eens rösti uit het vriesvak. Nu heb ik hét recept om zélf rösti te maken. Geloof me, lekkerder dan dit ga je het niet krijgen.
Rösti wordt gemaakt van geraspte rauwe aardappel. Over de soort aardappel die je moet gebruiken, zijn de meningen verdeeld. De één zweert bij vastkokende aardappelen en de ander wil niks anders dan kruimige aardappelen. Inmiddels weet ik wel dat kruidige aardappelen een wat krokanter korstje geven en vastkokende aardappelen wat steviger blijven. Sleutel voor dit recept is wel dat je na het raspen de aardappelen goed uitknijpt en zo het teveel aan vocht verwijdert.
Het basis recept voor rösti is niks anders dan geraspte aardappelen met zout en peper, wat wordt gebakken in boter of olie. Het zetmeel in de aardappelen zorgt dan voor de samenhang. Voor mijn versie heb ik gekozen voor wat extra smaakmakers en een beetje gemak. Er zit bijvoorbeeld een gesnipperd uitje in, ei en roomkaas. Dit zorgt voor lekker veel smaak en de rasp blijft mooi bij elkaar in de pan.
Je kunt rosti als één pannenkoek maken, maar ik vind het veel leuker (en makkelijker) om kleine koekjes te maken. Het voordeel is dat je ondertussen makkelijker kunt checken of er niks aanbrandt en het keren is veel eenvoudiger.
Met dit recept om zelf rösti te maken zet je eens wat anders op tafel dan de gewone aardappel met jus. Oké het is een beetje meer werk, maar zeker een aanrader.
